Dankzij een vriend op Facebook kwam ik hem zomaar weer tegen: één van mijn muzikale helden van weleer. Ooit speelde hij in de ruige band The Plimsouls. In 1986 bracht hij zijn titelloze soloplaat uit en 3 jaar later zijn meesterwerk (met de onmogelijk lange titel): The Man with the Blue Post-Modern Fragmented Neo-Traditionalist Guitar. Daarna verloor ik hem een beetje uit het oog, totdat ik een paar jaar terug nog het fraaie Let Us Now Praise Sleepy John (2006) van hem aanschafte. Ik heb het over Peter Case. Eerlijkheidshalve draaide ik hem niet veel meer. Totdat ik dus deze week een mooie akoestische versie van Walk In The Woods hoorde. Ja, de nadruk ligt wel op horen, want dhr. Case ziet er intussen uit als de tweelingbroer van The Dude uit de film The Big Lebowski…. En dat zegt genoeg, dunkt mij.
Maar nog altijd is daar die stem met dat fijne rafelrandje en dat heerlijk stuwende gitaarspel. Het is ook een geheimzinnig liedje met een spooky tekst. Ik houd daar van! Graag haal ik deze man weer voor het voetlicht, omdat hij samen met andere grootheden van zijn generatie als T Bone Burnett, Tonio K en Sam Phillips mijn muzikale leven in de jaren ’80 en ’90 verrijkte én niet vergeten mag worden!
13 gedachtes over “De Vingerhoed: Peter Case – Walk In The Woods”
Reacties zijn gesloten.
Wat zegt het dat hij er uit ziet als the big Leboski ? De muziek klink voor mij niet echt ongepast voor zijn looks. lekker authentiek en ruw.
Helemaal niks, Theiz. Maar ik kende hem nog zo: http://www.morethings.com/music/peter_case/peter-case-106.jpg
en dan is het gewoon even wennen…
Maar je hebt gelijk hoor: het gaat mij natuurlijk om de muzikale vruchten van deze man en die zijn helemaal oké!
Sjonge…waar een boel alcohol al niet goed voor is (zie die vlekjes maar eens in zijn gezicht)…maar wat een heerlijke strot!
Ook leuk, zo’n medische blik… Maar een heerlijke strot heeft hij zeker! Dan heb je verder ook niet zo heel veel muzikale middelen nodig. Die Music Fog Session is sowieso erg fijn!
Ok dan begrijp ik de opmerking 🙂
En weer in een andere sessie brengt hij nog zo’n heerlijk nummer ten gehore, over hoe hij ooit als kind de hand van John F. Kennedy drukte:
Onlangs, september 2012 was Peter Case ten onzent voor een korte tournee. Samen met, hoe verrassend, Eva de Roovere. De Belgische had een paar jaar tevoren Bob Neuwirth ontmoet. Neuwirth, een veelzijdig kunstenaar maakte een viertal bijzondere singer-songwriterplaten. Voor de laatste Havana Midnight uit 1990, toog hij naar Cuba om aldaar met lokale muzikanten op te nemen. Neuwirth hielp Janis Joplin en speelde een grote rol bij het totstandkomen van het repertoire van de fameuze Alpha Band van T Bone Burnett, David Mansfield en Steven Soles. Eva de Roovere toog naar Bob Neuwirth om samen liedjes te schrijven. Die bracht haar in contact met Peter Case, met wie ze vervolgens ook een aantal liedjes schreef en een aantal concerten gaf. Overgens schreef ze ook liedjes met de geweldige Ron Sexsmith (of moet ik zeggen: Ron Sexsmith schreef voor haar?).
Ik zag het tweetal optreden in Essen, net over de grens met België. De opmerking over het uiterlijk van Case door Kees (ik kon ‘m niet laten liggen :-)) begrijp ik niet helemaal. Case was in vorm. Hij speelde oude blues (als altijd, de oerbron voor het oeuvre van Case) zoals Beulah Land en een Beatles-cover. Verrassend was de geweldige uitvoering van Whiter shade of pale. Hoogtepunt was – het is tevens een hoogtepunt in zijn oeuvre – Beyond The Blues, een liedje dat hij samen met voornoemde Neuwirth en Tom Russell schreef. Hij liep tussen het publiek door en toonde zich aldus de straatmuzikant die hij ooit was (en altijd zal blijven) en waarover hij in As Far As You Can Get Without A Passport zo indringend schrijft. Na afloop kocht ik Epistolary Rex, zijn briefwisseling met David Ensminger en I Am The Ressurrection, A Tribute To John Fahey waarop Case’ uitvoering van When The Catfish Is In Bloom te horen is. Het zou mijn terugkeer tot het werk van Fahey inluiden, een terugkeer die momenteel haar hoogtepunt beleeft. Wellicht later meer daarover.
Case is een groot liefhebber van het werk van Mississippi John Hurt. Hij produceerde een tribute: Avalon Blues (2001). Net zoals Six-Pack Of Love (het album waarop Beyond The Blues staat en dat ik hoger acht dan The Man With The Blue…) en een aantal andere albums uit de latere periode is het werk van Peter Case even tijdloos goed als veronachtzaamd. Enkele jaren geleden verscheen het rauwe en indringende Whig waarop te horen is hoe Case een ernstige ziekteperiode te boven is. Recent verscheen nog een fraaie restjesalbum. Tenslotte: A Case For Case (2006) is een bijzonder aardig tribute-album voor… Peter Case.
And every line that he sings rhymes with the truth
And the promise of something beyond the blues
Beyond the blues
O ja, de ‘Sleepy John’ uit de titel die Kees noemt is Sleepy John Estes.
Een werkelijk laatste duit dan (om te laten horen hoe goed Case was met The Nerves en later wellicht nog beter met The Plimsouls). Jack Lee schreef het (ook hij maakte, net als Peter Case, deel uit van The Nerves die het als eerste opnamen) Blondie maakte het tot een hit…
Kijk Wim, hier zat ik natuurlijk stiekem op te hopen, dat jij mijn wat kromme voorzet zo prachtig zou binnenkoppen! 🙂
Dank voor deze mooie en waardevolle aanvullingen!! En je hebt gelijk: Six Pack Of Love is ook prachtig, maar goed: The Man With The Blue… was ooit mijn instapmoment en daarom bewaar ik daar de dierbaarste herinneringen aan…
Maar die zich neigen tot hun kromme wegen… (Psalm 125:5). Graag gedaan. Zo’n voorzet is, hoe krom ook, een heerlijk koppen.
Jaja, sla jij me maar weer met de Statenvertaling om den oren…
Was het ongeveer zo’n kopbal?
Ik wist niet dat Peter Case vroeger ook straatmuzikant was. Dankzij kenner Wim is dat me nu bekend. Kom ik toch dit leuke filmpje tegen waarbij Case de draad weer oppakt: