Before you play two notes learn how to play one note – and don’t play one note unless you’ve got a reason to play it
(Mark Hollis)
Het was ergens in 1989 meen ik. Ik liet mijn vingers gaan tussen de elpees in de uitverkoopbakken. Ze bleven haken bij een plaat met een opvallende cover. Een witte hoes met daarop een boom in het water vol schelpen en een paar vogels. De naam zei me wel wat: Talk Talk. Dat was toch die band met die paar fraaie hits, It’s My Life, Such A Shame en vooral Life’s What You Make It, die zich ergens in mijn achterhoofd hadden genesteld? Bovendien – ik studeerde net theologie – die titel intrigeerde mij ook: Spirit of Eden… Bovendien koste die elpee bijna niets. Daar kon ik mij toch geen buil aan vallen?!
Thuis legde ik de plaat op mijn draaitafel en bij de eerste tonen moest ik wel even slikken: wat was dit?!! Het klonk totaal anders dan ik mij herinnerde van die genoemde hits. Nu begreep ik dat deze plaat in de uitverkoopbakken terechtgekomen was! Toch was ik ook toen al bekend met het verschijnsel ‘groeiplaat’ en ik gaf hem nog een kans en nog één. Langzamerhand viel het bekende kwartje. Ik raakte verslingerd aan de sound, aan de sfeer en aan de thematiek van deze plaat. Vandaar dat hij nu mag figureren in de rubriek APK (= Aanbevolen Persoonlijke Klassieker).
Voorgeschiedenis
Talk Talk was in de beginjaren ’80 begonnen als een synthband. Zij behoorden tot de stroming die ‘New Romantics’ werd genoemd. Naast de zwierige en vaak uitbundige liedjes – voortgestuwd door een dikke synthesizersound – waren bij dit soort bands de looks en de kledingsstijl van bijna even groot belang. Ik noem alleen een Duran Duran… Talk Talk bracht in 1982 de ep The Party Is Over uit, gevolgd in 1984 door It’s My Life. Bij het laatstgenoemde album was intussen toetsenist Simon Brenner vervangen door Tim Friese-Greene. Samen met zanger en bandleider Mark Hollis vormde hij het componistenduo. Friese-Greene speelde niet alleen uitmuntend toetsen, maar kon ook goed produceren. Lee Harris op drums en Paul Webb op bas completeerden het viertal. Het titelnummer van It’s My Life en vooral Such A Shame werden behoorlijke hits. Hollis en Friese-Greene hadden intussen zo’n hekel gekregen aan dat hele imago van The New Romantics, dat zij liever hun eigen gang gingen: de synthesizers verdwenen naar de achtergrond en maakten plaats voor meer traditionele instrumenten als de piano en het Hammond-orgel.
Dit resulteerde in 1986 in het album The Colour Of Spring. Ook deze heeft zo’n prachtige hoes met natuurschoon: hier in de vorm van een collage van vlinders. The Colour Of Spring is een uitstekende plaat. Er staan krachtige en melodieuze liedjes op. Het meest bekend is natuurlijk Life’s What You Make It, dat een meer dan bescheiden hit werd. De synthsound van voorheen was helemaal verlaten om plaats te maken voor een warm, soulvol en krachtig geluid. Opvallend waren ook een paar wat meer experimentele nummers, zoals April 5th en vooral Chameleon Day. Hier is de traditionele songstructuur van couplet en refrein losgelaten. Het zijn meer sferische nummers met bijna avantgardistische blaaspartijen.
Het meesterwerk
Dit meer experimentele geluid werd uitgebouwd op Spirit Of Eden, dat in 1988 verscheen. Maar liefst 14 maanden had Talk Talk in de studio gezeten. Platenmaatschappij EMI had hen na het succes van The Colour Of Spring een zeer ruim budget gegeven in de hoop op een nog grotere klapper. Mark Hollis had iets anders in zijn hoofd… Hij deed daar trouwens zeer geheimzinnig over. Onder geen beding wilde hij demo’s of zelfs snippets van liedjes van tevoren laten horen. Toen de plaat eindelijk klaar was, schrokken de platenbonzen zich een hoedje. Dit was geen popmuziek meer! Neem de eerste minuten van openingsnummer The Rainbow. Je hoort verwaaide klanken zonder directe melodie. Je hoort flarden van strijkers en strepen trompet. Het is wat we tegenwoordig een soundscape noemen. Mark Hollis had altijd al gezegd dat hij erg van (modern) klassieke componisten als Debussy en Satie hield. Hier is het te horen. Evenals de invloeden van jazz-grootheden als Miles Davis en Gil Evans. Na die twee minuten komen er gitaarakkoorden – eenvoudig, maar zeer ruimtelijk. Vervolgens klinkt er een mondharmonica, die op bluesy wijze bespeeld wordt. Hij klinkt zelfs als een scheurende gitaar. De bas en de drums leggen een eenvoudig ritme neer en dan begint Hollis te zingen, met zijn typerende klagende stem. De woorden zijn net verstaanbaar. Zoals de teksten in het tekstvel ook al bijna niet leesbaar waren. Veelzeggend. En toen ik ze ontcijferd had – in 1988 was er nog geen internet! – waren ze nog steeds meer dan cryptisch. Het zijn ook geen directe zinnen, maar meer impressies, beeldrijke woorden, staccato poëzie.
De hele eerste kant van de elpee is eigenlijk één nummer. De drie nummers lopen naadloos in elkaar over. Eden heeft een beeldrijk palet: muzikaal en tekstueel. Eden is een andere naam voor het paradijs: die paradijselijke tuin die volgens het bijbelse scheppingsverhaal aan de mens werd gegeven. Daar ontving Adam zijn vrouw Eva, als een ‘hulpe tegenover’, als een compaan aan zijn zijde, als een wapen tegen de eenzaamheid. Mark Hollis zingt, en schreeuwt uiteindelijk, het uit: Everybody needs somebody to live by.
Desire is het ‘liedje’ (kunnen we op Spirit of Eden nog over liedjes spreken?) met de meeste rockpotentie. Of moet ik zeggen postrockpotentie? Talk Talk wordt, samen met een band als Slint, vaak genoemd als grondleggers van de postrock. De postrock is een muziekstroming die in de jaren ’90 opkwam als tegenwicht tegen de grunge, punk en britpop. Lag daar alle nadruk op de liedjes, de postrock week daar van af. Zij koos voor (vaak lange) sferische nummers, met een bewust gebrek aan conventioneel houvast van couplet en refrein en vaak een spanningsboog met uiteindelijk massieve ontladingen. Dit hoor je ook terug in Desire. Langzaam werkt het nummer toe naar een climax, waarin de gitaar van Hollis los gaat en er ook op percussiegebied van alles gebeurt. Toch is het hier wel anders dan bij latere bands als Sigur Ros, Godspeed You Black Emperor of Mogwai. Het is hier veel meer jazzy en geïmproviseerd.
Op Inheritance horen we daarna weer veel meer de modern klassieke invloeden van Cage en Debussy terug. Met name de hobo speelt hier een prachtige partij. Hollis en Friese-Greene hadden met hun ruime budget ook vele sessiemuzikanten uitgenodigd. Daar waren ook klassieke musici bij, zoals de (toen nog onbekende) violist Nigel Kennedy. Hollis en Friese-Greene lieten die sessiemuzikanten eindeloos spelen – Nigel Kennedy bijvoorbeeld moest de vingers van z’n linkerhand aan elkaar tapen omdat hij te ‘mooi’ speelde! – en met die opnames maakten Hollis c.s. dan weer nieuwe arrangementen. Het geeft zo’n nummer als Inheritance iets ongrijpbaars.
Hollis wilde onder geen beding een single van Spirit of Eden trekken. De plaat was één geheel en moest ook als zodanig uitgebracht worden. EMI wilde toch wat geld terugzien en bracht het liedje I Believe In You uit als ingekorte single. Dit tot grote woede van Mark Hollis. Toch laat dit nummer zich – naast Desire – nog het beste los van de rest beluisteren. Het is een schitterend liedje met een uiterst droevige melodie. Het paradijs is verloren. Eden is onbereikbaar geworden. Maar er is nog wel de liefde, het geloof, het verlangen. En er is de Geest van Eden. ‘Spirit’, prevelt Hollis eindeloos, als een mantra, als een gebed. Is het niet juist die Geest die meezucht (Romeinen 8)?
Het slotnummer Wealth is al van even grote schoonheid. Het is ingetogen. Juist hier vallen de stiltes tussen de noten extra op. ‘I love sound. And I love silence. And in a way, I like silence more‘, zou Hollis later in een interview zeggen. Hier blijkt dat op sublieme wijze. En tussen de stiltes wordt er geworsteld, wordt er gehoopt en wordt er gebeden: ‘Create a home within my head. Take my freedom for giving me a sacred love.’
En zo komt er aan dit album een einde. Geen makkelijke, maar wel een wonderschone plaat, die z’n geheimen nooit helemaal prijsgeeft. Telkens hoor ik weer nieuwe details, word ik weer door een andere frase geraakt.
Vervolg
Spirit of Eden werd commercieel gezien een flop (vandaar dat ik de elpee ook zo snel in de uitverkoopbakken vond). Het weerhield Hollis c.s. niet om op dit spoor voort te borduren. In 1991 kwam Laughing Stock uit: een al even prachtige plaat, die echter ook niet veel meer met popmuziek te maken had. Althans niet met de popmuziek zoals die toen opgeld deed. Nu, anno 2012, zijn het beiden zeer invloedrijke platen, maar toen werden ze wel door een aantal critici bejubeld, maar door het grote publiek niet opgepikt. Talk Talk maakte daarna geen platen meer. Ze zijn nooit officieel uit elkaar gegaan, maar hebben ook niet meer samen gespeeld. In 1998 kwam er opeens vanuit het niets een soloplaat van Mark Hollis uit. Dit album ligt geheel in het verlengde van de laatste twee albums van Talk Talk. Alleen is het hier nog verstilder en intimistischer. Een waardig muzikaal einde van een artiest die vervolgens in het niets opgelost lijkt. Hij geeft geen interviews meer en treedt niet meer op.
Dit jaar schijnt er een tribute-plaat uit te komen, alsmede een boek. Dat is natuurlijk fijn, maar veel liever zag ik Talk Talk of Mark Hollis zelf opnieuw iets uitbrengen. Maar dat zal wel onvervuld verlangen blijven. Gelukkig kan ik altijd putten uit het kleine, doch rijke oeuvre van deze band en zijn bandleider. Dit heb ik de afgelopen dagen dan ook weer ruimschoots gedaan. Met als luistervrucht o.a. dit verhaal.
Dit lijkt inderdaad niet op de hits die ze hebben gehad… Niet iets wat ik dagelijks zal draaien, maar wel goed om meer dan eens te gaan luisteren.
Ach Dick, jij met je klassieke achtergrond zal hier toch van moeten smullen … 😉
Zeker ‘The Rainbow’ is wel cool… Lekker jazzy invloeden. Daar past de stem van Mark Hollis bijzonder goed bij moet ik zeggen… 🙂
Mooie APK Kees. Kende Talk Talk inderdaad enkel van hun hits. Dit klinkt toch weer heel anders. Ik ga er eens op mijn gemak voor zitten.
Neem er je tijd voor. Laat je niet ontmoedigen door eerste karige luistervruchten. Dit vergt tijd, dit vergt aandacht, dit vergt contemplatie!
Mooi verhaal!
Bedankt voor je toelichting. Ben zelf ook een liefhebber en heb het meeste in de kast (inclusief remixes). Won ooit bij een radiospelletje bij Radio Rijnmond één of andere CD met het herkennen van een 1 secondeflits muziek: het was “It’s my life, don’t you forget”.
“Spirit of Eden” is inderdaad een rustiek pareltje.
Eerlijk gezegd kijk ik wel uit naar het “Tribute-album” en blijf graag op de hoogte!
Nou Kees, je weet het weer mooi te brengen! Ben maar begonnen met dat laatste nummer te luisteren – en viel me zeker niet tegen.
Dat is ook het meest toegankelijke nummer… 😉
Ik heb ook nog wel een paar schijfjes die in aanmerking komen voor een APK… 🙂
Dick, feel welcome! eventueel als gastbijdrage?
n.a.v. onder andere deze APK van Kees en nog wat dingen die ik in de planning staan openen we een nieuwe (sub)categorie: Back To The Eightees. Niet iedere week, maar zo af en toe wil ik wel iets van die (muzikaal gezien) rijke jaren `80 opnieuw voor het voetlicht brengen. Er is nog zoveel moois: Japan/Sylvian bijvoorbeeld…
wordt vervolgd
Acid !!!!!! de meest coole uitvinding van de eigthies 🙂 Helaas allemaal pas in de nineties ontdekt…
Leuk idee, Peter. Ha, daar kan met terugwerkende kracht Daniel Amos ook zo bij…
Eloquent en prachtig beschreven! Het is ook één van mijn APK’s, hoewel ik geloof ik naderhand n’g meer van Laughing Stock ben gaan houden en de Hollis soloplaat. Het is een groot gemis. Ook hun eerste cd’s vind ik geweldig….nummers als “Renee”….In 2001 is nog de restjesplaat Missing Pieces verschenen en ook die mag er zijn. Maar Talk Talk heeft popmuziek in al haar essentie getoond: kaal, geen noot teveel en toch enorm weten te emotioneren. Luisterbare perfectie!
Life after Talk Talk:
*Mark Hollis heeft zich inderdaad helemaal teruggetrokken. Hij was klaar.
*Lee Harris & Paul Webb duiken in het werelds getinte O Rang op, wat een bijzondere band is. Heel anders:
een nieuw album wordt nog steeds verwacht
*Lee Harris duikt ook op in Graham Sutton’s (Bark Psychosis) band Boymerang. De band heeft 1 album uitgebracht, maar staat nog steeds als een huis. Heerlijke drum’n’bass:
*Lee Harris sluit zich nadien helemaal aan bij het geweldige Bark Psychosis:
*Paul Webb sluit zich als Rustin Man aan bij Beth Gibbons, waaruit ook een subliem album volgt:
*Tim Friese-Green gaat later verder als Heligoland (daar zijn er 2 van, pas op!)
—————————————————————————————————-
Talk Talk is van onbeschrijflijke invloed geweest op de post-rock en modern klassiek. Er is zelfs een site die zich toelegt op bands die op Talk Talk lijken. Sommige daarvan zijn ook echt heel erg mooi! Deze zijn te vinden op de Talk Talk tribute site Within Without onder de fraaie noemer New Grass: http://users.cybercity.dk/~bcc11425/
*Kevin McCormick heeft 1 briljant album uitgebracht, dat je hier kunt voorbeluisteren: http://www.cdbaby.com/cd/kmccormick99
*Flim is ook de moeite….
——————————————————————————————————-
Om kort te gaan: geniale band!
grappig, ik wist niet dat Rustin Man Paul Webb was. wel een mooi album van Beth Gibbons, met het onbetaalbare Mysteries.
u vraagt wij draaien…zie youtube clipje hierboven 🙂
Dank voor het compliment Jan Willem! En ook dank voor de goede aanvullingen. Ik heb nog even overwogen om dat onder het kopje ‘vervolg’ te schrijven, maar het stuk was al lang zat… 😉 En stiekem hoopte ik al een beetje op jouw aanvullingen, prof! En je hebt me niet beschaamd!!
Ik heb trouwens alleen ‘Out of Season’. Een schitterende cd, ook een ode aan Nick Drake trouwens.
O ja, ik schreef al: Laughing Stock is even prachtig. Maar ja, je kunt maar één van beide tot APK bombarderen, vind ik. En dan kies ik toch voor Spirit of Eden:
– Die had ik veel eerder
– Dat was mijn ontdekking met deze kant van Talk Talk.
– Die heb het meest gedraaid
– Daarvan vind ik de thematiek het mooist.
Maar Laughing Stock en het soloalbum van Hollis zijn ook geniaal! Wat zonde dat hij geen muziek meer maakt….
je weet dat mijn keyboard jeukt als je over Talk Talk begint 😉
maar graag gedaan!
Oh ja, Kees, mooi beschreven en: ik had het niet beter kunnen doen. Maar ja, ik ben ook iets jonger, voor mij kwam de liefde voor de jaren `80 pas later, want ik kwam muzikaal toch vooral vanaf de jaren `90 tot ontwikkeling.
Talk Talk kende ik wel, maar met name de laatste twee platen zijn pas recent bij mij op het netvlies gekomen. Ik heb ze inmiddels allebei en draai ze veelvuldig. Meesterlijk!
Trouwens luister ik de laatste tijd ook veel naar Can (krautrock). bv hun lp tago mago vind ik prachtig, en dat is al begin jaren `70 opgenomen, maar klinkt nog steeds geweldig. Zou best kunnen dat ze invloed op (de latere) Talk Talk hebben gehad, ik hoor in elk geval wel gelijkenis.
Can is geweldig, met name Monster Movie, Ege Bamyasi en Tago Mago inderdaad. Holger Czukay heeft solo en met David Sylvian ook fraaie albums gemaakt…. (psst Kees, daar zingt Sylvian niet)
ege bamyasi vind ik ook prachtig, is wat luchtiger dan Tago Mago. het later werk van Can ken ik niet zo goed, maar is vast ook een stuk minder grensverleggend. ik ben benieuwd naar de samenwerking met Sylvian, welke albums zijn dat?
Can ken ik eerlijk gezegd alleen qua naam. Mark Hollis noemt de band ook meermalen als invloed. Ik moet er toch maar eens aan gaan geloven. Dank voor de tips, Peter en JW!
Plight & premonition 1988
Flux and mutability 1989
Monster Movie is echt heel mooi. Later werk blijft ok geloof ik, maar deze 3 Can albums werden gezien als DE albums
Dit is inderdaad mooi…. Ben nu aan het tweede nummer, en ik ga het zeker een keer helemaal af draaien… pak er zo een biertje bij….
kees bedankt voor deze APK, het eerste nummer heeft me bij de strot… de tweede zal een groei diamantje zijn. de rest wacht ik rustig af
Als The Rainbow je bij de strot grijpt (ik gok: vooral het intro, zeker?), dan zal dat bij I believe in You ook kunnen gebeuren. Trouwens, Inheritance en Wealth hebben ook een groot sferisch gehalte (een soort akoestische en electrische ambient; Talk Talk gebruikte voor dit album geen electronica).
Vind inderdaad het intro prachtig, en dan als die gitaar er in komt: wow ! Dit heeft een ziel…. En op het moment dat ik de traditionele song structuur verwacht doen ze net weer iets moois ( of eigenlijk iets niet) meesterlijk… Vind de leegte van Desire ook heel mooi in combi met de uitbarstingen. Voorals nog zijn dat de twee beste tracks voor mij.
Dat zeg je goed Theiz. Leegte of beter gezegd het benutten van de stilte tussen de muziek door is de grote kracht van de latere Talk Talk. Met name Hollis denkt over elke noot zo secuur na. Het is net als met de regen: niet elk luchtdeel hoeft gevuld te zijn met water om toch kletsnat te worden…
de kunst van het weglaten, daar waren ze meesters in…
Daar was Eric Satie natuurlijk ook een meester in. Zijn pianostukken bevatten ook heel veel stilte en iedere noot is raak. De latere Talk Talk is sterk door Satie beïnvloed…
Jan Willem noemde die site die helemaal aan Talk Talk gewijd is: Within Without. Achteraf had ik daar een interview gelezen. Legendarisch wat de ‘spraakzaamheid’ van Mark Hollis betreft:
Such a shame
The Within Without interview with Mark Hollis, September 1998 …
Are you aware of the fan base that still exists from Talk Talk?
– Yes.
What drove you to respond to Luke Rhinehart’s “The Dice Man” in “Such A Shame”? What do you make of the book?
– A good book, not a lifestyle I’d recommend.
The song titles “Myrrhman” and “Runeii” were they meant as puns on “Mirrorman” and “Renee”? What is “Runeii” or is it “Rune II”?
– No.
Was Paul Webb involved in the recordings of Laughing Stock?
– No, the only musicians involved are those credited on the album.
Did Talk Talk contribute to the Animal Liberation album in the 80’s. Talk Talk had a strong identification with wildlife through sleeves and videos. Is this something you fell strongly about or was it a group consideration?
– Yes.
Is there a great deal of unreleased Talk Talk material in existence?
– No.
There have been a lot of rumours circulating about what you’ve been doing musically between the last two albums. Among them a collaboration with Kate Bush and some recordings with a bunch of American session musicians. What’s the truth behind this?
– None.
Who are Jimmy Finn and John Cope?
– ???
What’s the story behind AV1 and John Cope? When was it recorded and did you record it especially for AV1?
– Recorded 1998 for Dave Allinson/Phill Brown art installation ,a 7m 30sec piece designed to cycle indefinitely, on the cd it runs through twice.
Did you have the feeling that one day you would make a record like “Laughing Stock” or the new album when you initially signed EMI in 1981 …
– No
– or did it just grow naturally along the way?
– Yes
What or who guided you in that musical direction?
– Everything
A lot of your lyrics contain religious references. What does the Bible mean to you?
– ?
What inspires you? Books, movies, nature, music by other artists?
– Yes
Describe briefly the process of songwriting. It must have changed a lot over the years. What comes to you first: the chorus, a few notes or maybe parts of the lyrics? Are you sitting down by the piano and telling yourself now it’s time to compose or do you get ideas in the car or bathroom for example? Do you study other composers? Is there in fact a score of your last album?
Do you ever listen to your own music?
– No
Have you made any more moves to record music for a film, as you have often discussed?
Will you follow the path laid out on “Mark Hollis” or haven’t we seen the last radical move from you yet? Will you ever use electric instruments again and will you ever do anymore concerts?
Do you have any big ambitions to fulfil? Is there any particular person who you would like to collaborate with in the future?
In one of your interviews you mentioned that you’d like to do some production work. I’ve received some requests from musicians who wanted me to pass their material on to you. Would you like to review any material?
If Tottenham Hotspur win the Premier League will you start writing happy dance oriented music? 😉
– I have no interest in Tottenham Hotspur.
ja hij verstaat de kunst van het weglaten ook bij interviews 😉
hij is mensenschuw….haat het om over zijn eigen werk te praten; je denkt bij hem ook regelmatig: voor wie doe je dit dan eigenlijk?
satie is inderdaad ook een meester in deze weglaatkunst en dat talk talk dit naar de popmuziek toe heeft getrokken heb ik altijd bewonderd en bevreemdend gevonden; aan de ene kant maken ze namelijk een beweging van de popmuziek af en aan de andere kant maken ze minimal/klassiek populair of zoiets…
hoe het ook zij, er is geen andere band met ze te vergelijken
ik denk dat je die kevin mccormick ook wel heel mooi zal vinden (zie link ergens in deze digitale massa)
Mooi JW, we hadden dat stuk in feite gewoon samen kunnen schrijven… 😉
Eigenlijk zijn al die comments van jou meer dan waardevolle voetnoten. Nogmaals dank en ik ga die Kevin McCormick nog even opvissen uit die ‘digitale soep’ hierboven!
Weer prachtig geschreven, Kees. ‘Spirit of Eden’ is inderdaad een prachtige plaat. ‘Laughing Stock’ moet ik nog eens proberen. Dit artikel en de reacties eronder inspireren me in ieder geval om me meer te gaan verdiepen in de sfeervolle jaren ’80 pre-postrock en dergelijke. De Spotify-lijst die Minco Eggersman heeft samengesteld met nummers van artiesten die hem inspireerden voor RESERVOIRS helpt hier ook aan mee!
de jaren 70 & 80 zijn de bom…als je die schatkamer opent zul je zien dat heel veel van nu daar ontstaan is
kraftwerk is de voorloper van de house
wire is de voorloper van de indierock
joy division is de voorloper van de wave en gothic
nick drake is de voorloper van de singer-songwriters
….en ook bij deze bands zal je zien dat er weer blauwdrukken ver daarvoor te vinden zijn
al die kennis werkt ook soms nadelig: bij m83 denk ik alleen “wat een slap aftreksel van my bloody valentine” terwijl volkstammen er plezier aan beleven en er iets nieuws in ontdekken…maar dat verscheelt van generatie op generatie en maakt muziek ook zo boeiend, waarbij het allemaal toch op eigenzinnige wijze vooruit gaat…
Over M83 gesproken: bieden die niet meer een mix van shoegaze en dreampop? Als je bij hen alleen My Bloody Valentine als richtpunt neemt, is het inderdaad slap, want die waren natuurlijk medogenloos (in de positieve zin van het woord), maar vanuit de dreampop van Slowdive e.a. vind ik het minder slap. Alhoewel ook hier de moeder – Slowdive – wel beter is dan het Franse kindje… Maar ik kan wel genieten van M83…
ja zeg, zo kan je elke band wel rechtbreien 🙂
Waarom dacht je anders dat ik vroeger advocaat wilde worden? (trouwens: ik draag nog altijd graag een toga… ;-))
ehm, omdat je graag in jurken rondloopt? 🙂
NEEN, omdat ik graag pleitbezorger ben… (hoewel ik soms ook iets van een aanklager heb – zoals hier ook wel opgemerkt – maar ja, die draagt ook weer een toga). Het rechterschap is me te hoog gegrepen…
and because you like to talk talk…
Haha, goed punt, JW! En zo is de cirkel weer rond met deze geweldige band.
Toch… nog even over die Kevin McCormick. Ik heb het album ‘Squall’ intussen beluisterd. Het ging trouwens niet via die link van jou – alleen maar snippets (en dat haat ik), maar het album staat gelukkig ook op Spotify. Ik moet zeggen: jouw inschatting was juist. Ik vind het prachtig. Vooral qua instrumentatie enz. Zijn stem vind ik wat minder (hetzelfde als ik bij David Sylvian heb), maar dat wordt ruimschoots vergoed door de prachtige muziek. Op ‘Storm Front’ (intrigerende titel!) zingt hij bijna net hetzelfde als Mark Hollis, maar hij moet wel ver in de schaduw blijven, omdat Hollis’ stem veel aparter en soulvoller is. Maar een fraaie tip! Nu nog even die andere nazaten gaan beluisteren…
@Daan:
die playlist van Minco is een leuk startpunt inderdaad.
zelf heb ik het meeste daarvan wel in de kast staan, maar een leuke (her)ontdekking was The Blue Nile (late 80’s). De naam klonk me vaag bekend, maar het zei me niet echt iets. Tot ik begreep dat het die band is van Tinseltown in the Rain. Relatief onbekende band verder, volgens mij, die weinig hebben uitgebracht, maar wel bijzonder, niet echt in een hokje te plaatsen, lome sfeervolle melancholische pop, eigenlijk helemaal in mijn straatje. Liep vandaag tegen hun LP `A walk across the rooftops’ aan (5 euro), die heb ik niet laten liggen…
Geweldig album is dat Peter…ga hem gelijk weer eens opzetten! Ze hebben weinig uitgebracht, maar waren op hun manier toch bekend in de wave-kringen…
overigens mag hun album Hats er ook wezen….mocht je die ooit voor wèhnig tegen komen! (ook nieuw kost deze al weinig)
zeker, die zoek ik ook nog, maar die is nog zeldzamer dan A walk across the rooftops. maar ik kom hem vast wel een keer ergens tegen…
bij amazon wederom voor een prikkie verkrijgbaar (ze zijn in 2002 heruitgegeven en daardoor minder zeldzaam….net als die 2 geweldige albums van the god machine (=pre-sophia)…maar geheel en voor niets terzijde)
Voor mij was Julee Cruise de verrassing. Heerlijk dromerig. Met Japan, Talk Talk en Sylvian ben ik al redelijk bekend. Ik heb er overigens nog lang niet alles van in de kast staan. Zal de playlist nog regelmatig gaan beluisteren. Ik kijk vooral uit naar RESERVOIRS zelf. Zaterdag zou ik ‘m echt binnen moeten hebben. Heb jij ‘m al Peter?
nee, nog niet, ik was te laat met bestellen voor de 1e lichting. ik verwacht hem eind deze week wel. en zo niet, dan ga ik hem gewoon in Utrecht ophalen bij de releaseparty 😉
Jan Willem, zojuist ook Hex van Bark Pscychosis beluisterd. Ook dat is zeer fraai. Opnieuw, net als bij Kevin McCormick, de zang niet het allersterkste punt, maar wat een pracht: teder en dan weer met scherpe randen. Heerlijk! Thx.
Alleen zijn dat soort albums nu net weer niet goedkoop te krijgen, maar zeer zeldzaam en met een hoge prijs.
Bark Psychosis: http://www.discogs.com/sell/list?master_id=12315&ev=mb
of: http://www.amazon.com/Hex-Bark-Psychosis/dp/B000000HXK/ref=sr_1_1?s=music&ie=UTF8&qid=1326979007&sr=1-1
Kevin McCormick: http://www.amazon.com/Squall-Kevin-McCormick/dp/B000034D63
en dan niet het Amazon exemplaar, maar die uit één van hun onderverkopers….
Bedankt koopman (en dan niet in oudroest)!
en anders zijn er altijd wegen via het www 😉
ik denk dat ik hem inderdaad (voor dat luttele bedragje) voorlopig maar op cd aanschaf, dan wacht ik wel tot ik een keer tegen het vinyl aanloop…
Pingback: Back To The Eightees « mousique.nl
Mooie bespreking! Het album blijft maar in statuur en relevantie groeien!
Op mijn blog heb ik ook een ode aan dit album gebracht (zie website-link). En op sommige sites wordt er melding gemaakt van een vinyl dubbel-elpee van zowel Spirit of Eden als Colour of Spring! 🙂
die dubbel-lp ben ik nog niet tegengekomen. ik heb beide albums wel op vinyl, alsmede Laughing Stock. Het solo-album van Mark Hollis heb ik op cd, en dat is ook prachtig. It’s Time vind ik ook nog wel een mooi album hoor, maar daar hebben ze de synthesizers nog niet de deur uitgedaan.
Mooie ode, Wim!
Dankje! 🙂
Die Dubbelelpee wordt hier en daar (jpc.de, HMV.com) aangekondigd voor een release begin april; van zowel Spirit of Eden als Colour of Spring. Ik hoop dat het serieuze (45rpm/180grams) nieuwe uitgaves worden met de originele mastertapes/-bestanden als bronmateriaal!
Nog even een kleine luistert(r)ip: naast April the 5th was ook de single-B-kant Ït’s Getting Late In The Evening een stevige aanwijzing voor de reis naar de meer abstracte/symfonische kant ! 🙂
Zeker Wim, ook weer zo’n fraai nummer. Met ook nog eens een mooie hoes:
Even wat aanvullend nieuws voor vinyl- én Talk Talk-fans; ik heb hier en daar wat vragen gesteld en het volgende antwoord gekregen over de nieuwe heruitgaves:
“Although it’s listed on Amazon as two discs, it’s actually one vinyl record with an accompanying DVD. The album is re-issued on 180g heavyweight vinyl cut from the original analogue master.
The DVD features the album delivered as a 96kHz/24 bit LPCM stereo mix. The DVDs for both ‘Spirit of Eden’ and ‘The Colour of Spring’ (which also sees a 180g heavyweight vinyl/DVD reissue) feature one extra track … ‘Spirit of Eden’ has the b-side ‘John Cope’ while ‘The Colour of Spring’ includes the b-side ‘It’s Getting Late In The Evening’.
Also released on CD with updated artwork directed by Mark Hollis are the 1997 remasters of: ‘Spirit of Eden’, ‘The Colour of Spring’, ‘It’s My Life’ and ‘The Party’s Over’.””
Er interessant was het noemen van Mark Hollis als degene die zich bezighield met de nieuwe artwork? Begeeft hij zich weer richting de muziek?
Hoe dan ook: ik ga vast vóórbestellen! 🙂
Als Mark Hollis zich weer richting de muziek zou begeven, zou dat geweldig nieuws zijn. Maar ik vrees dat de wens de vader is, enz.